Ach, die predikanten … !

Willem Barnard aan het woord…

Wanneer het gaat over de ‘bediening des Woords’ denkt men meestal aan de ‘preek ‘, de toespraak van een predikant. En ach, die predikanten! Ze zijn ook maar bloedjes van mensenkinderen, zelden loopt er een chrysostomus, een ‘guldenmond’ tussen! Maar waarom zouden wij uitsluitend of zelfs in de eerste plaats denken aan préken als het om die ‘bediening’ gaat?

Voordracht van de Schriften, dat is primair; en uitleg erbij, bescheiden terzijde, verbindende tekst, vingerafdrukken in de marge, dat is de ambachtelijke opdracht van de theoloog!

Maar àls die Schriften dan eens zo naar voren zouden komen, dan zou meteen blijken hoe onontbeerlijk in de gemeente het dichterschap is. Want poëzie is het grootste deel van de bijbel en waar het niet formeel herkenbaar als poëzie afgedrukt staat, is nog de manier van zeggen, ja de manier van denken beeldend, zodanig als in onze cultuur alleen nog bij dichters gevonden wordt. En daarom is geen enkele theorie over ambten of diensten voor mij overtuigend, die niet volmondig spreekt over de dienst van de dichter, het ambt van de voordracht, de musische taak van cantor en lector, vertaler en vertolker ! […] En dikwijls is het ook een zaak van gezamenlijk ter hand (ter keel!) genomen vertolking bij monde van een lied. Het gaat van oudsher in de kerk zingend toe. Het gaat sinds de hervorming in een groot deel van de kerk toe met zang van allen, in koraal, in samenzang. Maar tot nu toe was vaak dat gezang een uiting van vroomheid veeleer dan een inning van geloof. En wij zingen niet in de eerste plaats omdat we pneuma te véél hebben, Geest in volheid, maar omdat we adem te kort komen en al zingende met volle teugen ons het geloof te binnen brengen, herinneren! – Daarom spreek ik met nadruk in dit verband ook over de dienst van het lied, want dat is een mogelijkheid om samen, eenstemmig of in beurtzang, de Schrift te openen, het Woord te bedienen, deel te nemen aan die hoogheilige taak waar meestal in het enkelvoud over gesproken wordt, de taak van verbi divini Minister. Ik kan dáár niet over spreken zonder meteen te spreken over de dienst van het lied. Het lied is een vorm van ‘bediening des Woords’. Als het dat niet is, hoeft het voor mij niet in de kerk. […] Het is niet omdat ik zelf één van het taalambacht ben, dat ik dit zeg. Maar ik merk het telkens weer: mijn geloofsvorm is (wat Frits Mehrtens noemde): zingend geloven.

bron: Willem Barnard, ‘De dienst van het lied’ in Op een zuil zitten. Essays (Haarlem: 1973), blz. 138-40.

Zonder Luther geen Bach (concert-lezing)

De ontwikkeling van de kerkmuziek van Luther tot Bach aan de hand van bekende Lutherse koralen.

13 mei (20u) – try out – Antwerpen – Brabantse Olijfberg (vrije bijdrage)
20 mei (20u) Herentals (sint-Waldetrudiskerk) €15/€12vvk
http://www.heiligehuisjes.be/evenement.php?id=ZonderLutherGeenBach

Dick Wursten vertelt het verhaal van de ontwikkeling van de kerkmuziek in de 16de en 17de eeuw. Organist Willem Ceuleers illustreert dit verhaal op het Walcker-orgel van de Brabantse Olijfbergkerk te Antwerpen aan de hand van een aantal koralen die zowel qua tekst als muziek sprekend zijn.

PROGRAMMA

1.   LUTHER EERSTE GEESTELIJKE LIED: Nun freut euch lieben Christen g’mein
(ballade; zingende evangelieverkondiging)
– Matthias Weckman (1616-1674)
– Johann Sebastian Bach: BWV 734

2.   BEWERKING VAN LATIJNSE HYMNE: Veni Creator Spiritus / Komm, Gott, Schöpfer, Heiliger Geist
– Hans Buchner (1483-1538)
– Johann Sebastian Bach (1685-1750) BWV 667 (Leipziger Choräle)

3.   STROPHISCHE BERIJMING VAN EEN PSALM: Ach Gott vom Himmel sieh darein
– Johann Pachelbel (1653-1706)
– Helmut Walcha (1907-1991): (uit ’25 Choralvorspiele’, 1954)

4.   LIED VOOR DE KINDEREN BIJ KERST (Ballade): Vom Himmel hoch da komm ich her
– Heinrich Scheidemann (1595-1663)
– Johann Sebastian Bach, BWV 606 (Orgelbüchlein)

5.   CATECHISMUSLIED: Dies sind die Heiligen zehn Gebot
– Johann Sebastian Bach: BWV 678 (Clavierübung III, grote orgelmis)
– Marcel Dupré (1886-1971): opus 28 nr. 20 (1932)

6.   NA LUTHER:
Wachet auf, ruft uns die Stimme tekst en melodie: Philipp Nicolai (1566-1608)
– Johann Sebastian Bach BWV 645 (Schübler Choräle)
Schmücke dich, o liebe Seele – Johann Franck (1618-1677) melodie: Johann Crüger (1598-1662)
– Johannes Brahms (1833-1897), opus 122 nr. 5 (1896) in Antwerpen
– Johann Sebastian Bach BWV 654 (Leipziger Choräle) in Herentals
Nun danket alle Gott – Martin Rinckart (1586-1649) melodie: Johann Crüger (1598-1662)
– Sigfrid Karg-Elert (1877-1933) uit ‘Choral-Improvisationen’, 1909 opus 65 nr. 59

Met een ingebeelde hemel naar de hel gaan…

Over Tine Van der Straeten’s toverstok en waarom emissie-trading op aflaathandel lijkt.

Minister Van der Straeten laat zich geregeld ontvallen dat het vervangen van de kerncentrales door gascentrales de Belgische CO2-uitstoot niet zal verhogen. Natuurlijk weet mw. Van der Straeten dat dit feitelijk niet juist is. De nieuwe gascentrales zullen ongeveer 2megaton (2 miljard kg CO2) per jaar uitstoten, terwijl de huidige kerncentrales 0 gram CO2 uitstoten (berekening www.energyville.be). Hoe kan mw. Van der Straeten dan zeggen dat de vervangingsoperatie klimaatneutraal is, een nuloperatie? Die som klopt duidelijk niet.

Het antwoord is: Mw. Van der Straeten heeft een toverstaf en wanneer zij als een volleerde Hermelien Griffel zegt: carbonator transformandens gebeurt er een wonder: Het reële getal (2 miljard kg CO2) wordt via de ETS-calculator (Emissions Trading System) veranderd in een virtueel cijfer, en komt op de Europese markt van emissierechten terecht. Daar kunnen reëel geproduceerde megatonnen CO2 uitgeruild worden tegen een vermindering aan reële uitstoot elders in Europa. En zo wordt het een nuloperatie. De som klopt, binnen het ETS is alles in orde. De boekhouder – in dienst van de EU – zal het bevestigen. Je moet er wel voor betalen, maar soit, België is een rijk land.

Ik wil nu niet ingaan op het feit dat we straks dus wel degelijk – in de reële wereld – 2 megaton CO2 per jaar meer in de atmosfeer pompen dan nu (en elke kilogram CO2 telt, want blijft jaren hangen in de atmosfeer), en ook niet dat we qua energievoorziening op deze manier onze onafhankelijkheid kwijtspelen (geen onbelangrijk gegeven gezien de macht van de energiereuzen), noch dat een nuloperatie binnen ETS niet echt een glansprestatie is als we naar de te halen klimaatdoelen kijken, dat hebben anderen al genoegzaam gedaan.

Nee, ik wil het eens over die handel in emissierechten hebben. Die doet me denken aan de handel in aflaten, die aan het eind van de Middeleeuwen het probleem van de menselijk zonde moest oplossen. Mensen zijn geen onschuldige wezens. Ze doen, al levend, wel eens iets fout, en daarbij schaden ze andere mensen, en zichzelf. Dat is een feit. Net als carbon-emissie een schadelijk feit is. In de rooms-katholieke kerk had men een oplossing bedacht om het probleem van de zondigende mens beheersbaar te maken. Men kon z’n zonden afkopen. De kerk ontwikkelde een wetgevend kader, richtte een hele ambtenarij in voor de uitvoering, en vanaf pakweg midden 15de eeuw stond het systeem op punt. Het kwaad was beheersbaar. Het was omgezet in transacties. Deden mensen iets fout, dan werd hun zonde via een ingewikkelde berekening omgezet in boetedoening, die dan weer afkoopbaar was door een bedrag in de algemene pot van de kerk te storten. Peccatum transformandens sprak dan de priester – krachtens het ‘transmissierecht’ dat hem volgens stilzwijgende afspraak verleend was. Hij maakte een kruisteken en de zondaar ging van z’n schuld verlost naar huis. De som klopte. Hij had betaald, zijn zonde bestond niet meer. Met de ‘aflaatbrief’ in z’n hand ging hij met een gerust geweten het laatste oordeel tegemoet.

Heel veel christenen hadden zo hun gedachten bij dit systeem, maar de bazen geloofden er heilig in. Dus wat zou je als eenvoudige gelovige daartegenin brengen? En – het moet gezegd – het suste je knagende geweten wel. Ongeveer 500 jaar geleden kwam één van de kerkelijke professionals, Martin Luther, na studie van alle beschikbare bronnen tot de conclusie dat het systeem niet deugde. Hij schreef een pamflet, stuurde brandbrieven naar de bisschop en de paus, en timmerde onderwijl zo hard aan de weg dat het systeem begon te kraken. Het stortte overigens pas in toen de burgerlijke overheid z’n verantwoordelijkheid opnam.

Luthers hoofdbezwaar was dat het systeem van ‘aflaten’ niet alleen in se pervers was, maar ook nefaste consequenties had in re. De mens ging door dit systeem namelijk niet minder, maar juist meer zondigen. Het kwaad dat je aanrichtte woog minder zwaar, want je kon het afkopen. Financiële transacties zijn altijd funest in geestelijke zaken, vond Luther. Het menselijk handelen verliest daardoor aan moreel gewicht.
Komt nog bij dat dit hele afkoopsysteem je een rad voor de ogen draaide. Je denkt dat je ervan af bent, van de kwade effecten van je kwalijke daden, maar dat is niet zo. Je geweten is gerust, maar in werkelijkheid tiert het kwaad nog welig. Met fatale gevolgen dus. Of, zoals hij dat dan verwoordde binnen het wereldbeeld van de 16de eeuw: je gaat met een ingebeelde hemel naar de hel, terwijl onderwijl de wereld om je heen naar de verdoemenis gaat.

24 januari 2022, Dick Wursten

Jubileumaflaat uit de tijd van Luther

Oh ja: nog een paar feiten (www.energyville.be = kennisdatabank, waar scenario’s worden doorgerekend, op basis van wetenschappelijke research )

Nucleaire verlenging verlaagt nood aan investeringen in gascentrales en heeft een verwaarloosbare impact op investeringen in hernieuwbare energie

Nucleaire verlenging verlaagt de jaarlijkse kost van het elektriciteitssysteem met 106 à 134 M€. Effect op de groothandelsprijs is 1 €/MWh.

Hoeveel is 2 megaton CO2 eigenlijk? De totale CO2 uitstoot voor België is. ca. 75 megaton 2 megaton meer per jaar doet eigenlijk de totale besparing op de uitstoot van CO2 van de afgelopen 10 jaar teniet.

Hermann Prey: ich steh an deiner Krippe…

Ik kniel aan uwe kribbe neer…

Het lied van Paul Gerhardt wordt gezongen door Hermann Prey (bariton). Vooraf leest Will Quadflieg voor uit Lukas 2. De opname/release dateert uit 1966. En de LP heeft een verhaal

[lees verder onder de video]

De kerstplaat werd opgenomen in de zomer van 1966 – het zou Fritz Wunderlich’s (tenor) laatste studio-album worden. In september 1966 kwam hij om het leven door een ongeluk (val van de trap). Hij was pas 36 jaar. In november 1966, twee maanden na zijn dood, werd de plaat uitgebracht. Het bevatte een rouwrand en een in memoriam van Hermann Prey, goede vriend en collega. Zijn tekst kunt u hieronder lezen (uitvergroting van de keerzijde van de LP-hoes).

Laat God zelf aan de kar trekken..

Een origineel lied voor Hervormingsdag (van Zwingli)

Het origineel van Zwingli’s Lied Heer stuur zelf het schip der kerk (gezang 306) is veel interessanter dan de vertaling doet vermoeden.

Herr, nun heb den Wagen selb.
Schelb wird sunst all unser Fart,
Das brächt Lust der Widerpart,
Die dich verachten so freventlich.

Gott erhöh den Namen din
In der Straf der bösen Böck!
Dine Schaf wieder erweck,
Die dich lieb habend so inniglich.

Hilf, daß alle Bitterkeit
Scheide fern, und alte Treu
Wiederkehr und werde neu,
Daß wir ewiges lob singend dir!

Het beeld dat Zwingli kiest voor de ‘kerk’ is : een kar, een boerenwagen… helaas verdwenen in de vertaling in het Liedboek (‘Heer stuur zelf het schip der kerk‘ –  in navolging van de Franse versie: notre barque est en danger.) Het is trouwens ook een knap gedicht/lied, rederijkersrijk aan binnen- en buitenrijm. Val niet over het lastige ritme van de laatste regel. Als je de melodie correct zingt, loopt ze vanzelf. Eigenlijk bidt/zingt Zwingli hier :

Heer trek gij zelf de kar van uw kerk,
want als wij het doen, schiet het niet op
en dan is het gauw gedaan met ‘Gods volk onderweg’.
en ligt de kar beneden in het ravijn...

De gedachtengang spreekt mij veel meer aan dan het klassieke beeld van het ‘bootje in de storm, het schip der kerk’. Trouwens: Het is ook gewoon waar wat Zwingli hier zegt ! God moet de kar trekken… Wij zijn – hoe hoog geplaatst en invloedrijk – nooit meer dan zijn ‘hulpjes’.

Bach & Bijbel

Lezing over Bachs bijbel

Spreker:  Dick Wursten, historicus en theoloog

Wat geloofde Bach zelf eigenlijk? Was hij een ‘vijfde evangelist’ zoals men vroeger wel eens schreef, of was hij gewoon een ambachtsman in dienst van de kerk? Niemand die het weet, want Bach heeft zich over die zaken nooit uitgesproken.

Of toch? In de vorige eeuw werd geheel bij toeval een 17de eeuwse Bijbel met aantekeningen gevonden in Amerika, die aan Bach bleek te hebben toebehoord. Sterker nog: hij heeft passages onderstreept, en af en toe in de kantlijn opmerkingen geplaatst. Niet voor publicatie, maar voor zichzelf.


Pas sinds kort beginnen onderzoekers te beseffen welk een schat aan informatie hierin verborgen zit. De kriebels in de kantlijn, de enkele uitgebreide aantekeningen en de vele onderstrepingen geven ons een inkijkje in Bachs hart.

Dick Wursten neemt ons bij de hand en laat aan de hand van deze bijzondere bijbel zien wat Bach nu echt dacht over de rol van muziek in de eredienst, over het geloof en het christelijk leven.

De Bachliefhebber en boekenuitgever Dingeman Van Wijnen heeft enkele jaren geleden
een facsimile-editie van de ‘Bach-bijbel’ laten maken. Tijdens de lezing zal er een inkijkexemplaar aanwezig zijn.

https://bachindestad.be/evenementen/bach-bijbel/

Een stukje orgelmuziek

Heinrich Scheidemann, Herr Christ, der einig Gottes Sohn (2 versetten), door Willem Ceuleers gespeeld op het Walckerorgel in de Protestantse kerk van de Lange Winkelstraat te Antwerpen (met in het tweede verset de onlangs door Marc Nagels gereviseerde cornet)

Scheidemann, Herr Christ, der einig Gottes Sohn (twee versetten)

De opname is afkomstig uit de online-viering van 24 januari 2021. Hieronder dus met beeld. Het was de sortie.

Scheidemann, Herr Christ, der einig Gottes Sohn (twee versetten)

Drie koningen

Klik op de afbeelding hieronder om een visuele en theologische analyse van dit schilderij te lezen… Ze zit namelijk vol verborgen symboliek.

De kindermoord en de ‘opstand’ van Jozef…

Evangelielezing: Mattheüs 2: 13-20

Na hun vertrek verscheen een engel van de Heer in een droom aan Jozef en sprak: “Sta op, neem het kind en zijn moeder, vlucht naar Egypte en blijf daar tot ik u waarschuw, want Herodes komt het kind zoeken om het te doden.”  Hij stond op en week in de nacht met het kind en zijn moeder naar Egypte uit.  Daar bleef hij tot aan de dood van Herodes, opdat in vervulling zou gaan wat de Heer gesproken had door de profeet: Ik heb mijn zoon geroepen uit EgypteZodra Herodes bemerkte, dat hij door de Wijzen om de tuin geleid was, ontstak hij in hevige toorn; hij zond zijn mannen uit en liet in Betlehem en heel het gebied daarvan al de jongens vermoorden van twee jaar en jonger, in overeenstemming met de tijd waarnaar hij de Wijzen nauwkeurig had gevraagd.  Toen ging in vervulling het woord dat door de profeet Jeremia gesproken was:  
Een klacht werd in Rama gehoord, geween en luid gejammer:
Rachel, wenend om haar kinderen, wil niet getroost worden,
omdat zij niet meer zijn …

[in het onderstaande fragment begint Rachels klacht bij 0:56]

Terwijl de evangelist het verhaal vertelt (zingt), wordt in beeld de rouwklacht van Rachel over haar kinderen verbonden met de Joodse, Sinti en Roma kinderen die tijdens de 2de Wereldoorlog zijn omgebracht. De Bijbelvertaling die u in beeld ziet is een Nederlandse vertaling (1648) van de Lutherbijbel.

Het Kerstverhaal van Mattheüs eindigt echter niet met de kindermoord. Het eindigt met het bericht dat Jozef ‘uit Egypte trok en aankwam in Israel’. Je kunt dit verhaal ook theologisch lezen, d.w.z. als een ‘allegorie’. Dan wordt hier op subtiele wijze het verhaal van de Exodus hernomen – zoals gesuggereerd door het citaat uit Hosea: UIt Egypte heb ik mijn Zoon (=Israel) geroepen. Als dat juist is dan valt op dit gruwelijke lijdensverhaal een Opstandingslicht. Het wordt een Paasverhaal met als spilfiguur: Jozef. Hij is degene die tot tweemaal toe door een engel wordt aangemaand om ‘op te staan’. Eerst om naar Egypte te vluchten en dan om uìt Egypte te trekken… Beide malen moet hij ‘het kind en zijn moeder meenemen’. Jozef is hier een tweede Mozes. Het gaat om uittocht, doortocht, intocht.

Vervolg van de lezing

Nadat Herodes gestorven was, verscheen er in een droom aan Jozef in Egypte een engel van de Heer. De engel zei: ‘Sta op, ga met het kind en zijn moeder naar Israël. Want zij die het kind om het leven wilden brengen, zijn gestorven.’ 21 Jozef stond op en vertrok met het kind en zijn moeder naar Israël.

Voor de liefhebbers: in de toonzetting van het Kerstverhaal breidt Heinrich Schütz het appèl van de engel tweemaal uit tot een korte aria, een ‘intermedium’: ‘Stehe auf, stehe auf, Joseph ‘. De sopraanstem wedijvert (concerteert) met de viool om Joseph te laten opstaan. En het lukt. Na de uittocht uit Egypte vestigt de heilige familie zich in het land Israel… (wat had u gedacht!) maar verrassing: niet in Judea, maar in Galilea, in Nazareth. Daarmee is het verhaal van Mattheüs afgelopen.

Schütz (of beter de schrijver van zijn libretto) voegt echter nog een vers toe, genomen uit het Kerstverhaal van Lukas, waarin de geestelijke ontwikkeling van Jezus op schitterende wijze wordt samengevat (Lukas 2:40):
En het kind groeide op
en nam toe in geestkracht;
het werd vervuld van wijsheid
en de genade Gods rustte op Hem. 

Schütz heeft deze zin op fenomenale wijze getoonzet om dan vervolgens alle instrumenten en zangers te laten samen stesmmen in een dankzegging aan God. De fragmenten kunt u in onderstaand excerpt beluisteren: