Het verhaal gaat… dat men op 14 januari 1496 na een overstroming van de Tiber te Rome een wonderlijk gedrocht (een ‘monstrum‘) heeft gevonden. Een vrouw met een ezelskop en allerlei dierlijke extremiteiten. Dat moest wel een ‘teken’ zijn, daarover was iedereen het in die tijd eens. Kort daarop drukt Wenzel von Olmütz (Olomouc) in Bohemen een prent waarop het gedrocht wordt afgeeld (klik hier voor deze prent). De suggestie dat dit wezen iets met de paus te maken heeft is dan ook al aanwezig (Alexander VI, Borgia…)
In 1523 vist de Wittenbergse schilder/graveur (entrepreneur), Lucas Cranach sr., de prent weer op. De anti-roomse stemming is hoog. Luther is in 1520/21 geëxcommuniceerd en ter dood veroordeeld. De repressie is hard: Op 1 juli 1523 brandt de brandstapel (te Brussel) voor twee augustijnse broeders. Het eerste bloed heeft gevloed, gevolg van een joint venture van staat en clerus tegen de ketters. De Leuvense professoren verzorgden de kerk-juridische onderbouwing. De paus (symbool voor het instituut) handelt tegen het evangelie. Zou hij misschien de antichrist zijn? Zo bijv. in het Passional christi und antichristi uit 1521.
Terug naar de paus-ezel. Lucas Cranach herwerkt de gravure en vraagt professor Philippus Melanchthon een duiding te geven van dit verschijnsel. Wat betekent dit teken? De Wittenberse drukker Rhau-Grunenberg verzorgt de uitgave.1. Herdruk op herdruk volgt. In zijn commentaar interpreteert Melanchthon alle lichaamsdelen van dit gedrocht als een allegorie van de rooms-katholieke kerk, die zwaar misgroeid is. Dat de ‘ezelskop’ op het ‘hoofd der kerk’ duidt, de paus, spreekt voor zich. Onder de prent een samenvatting van Melanchthon’s duiding per lichaamsdeel.
Toelichting van Ph. Melanchthon
- De ezelskop duidt op de paus. Die past niet bij het lichaam. Immers de kerk is een geestelijk lichaam, dat geestelijk geregeerd en in de geest bijeengehouden wordt. Daarom moet en mag (soll und darf) ze geen lichamelijk hoofd of externe heer hebben. Enkel Christus, wiens bewind geestelijk is, kan haar hoofd zijn. De paus past kortom net zo slecht bij het lichaam van Christus (de kerk) als een ezelskop bij een menselijk lichaam.
- De rechterhand is een hoef, waarmee aangeduid wordt hoe de pauselijke heerschappij de zwakke gewetens van de mensen vertrappelt en de zielen van de christenen plet onder z’n hoef (met het volle gewicht van een olifant, voegt Melanchthon nog toe)
- De linkerhand is menselijk, wat erop wijst dat de paus ook gewone menselijke instellingen kan gebruiken om zijn macht door te drukken.
- De rechtervoet heeft een ossenhoef. Dat symbolisiert de dienaren van de paus, die hem helpen het hele gebouw te dragen (als zuilen), te weten de leraren, predikers, en biechtvaders, in het bijzonder echter de ‘theologi Scolastici’.
- De linkervoet is als een klauw van een roofvogel (duits: Greife). Dit beduidt de leraren kanoniek recht (echt waar, dat schrijft Melanchthon, niet ik), die de paus helpen om de wereldlijke goederen te grijpen en vast te houden.
- Het vrouwenlichaam (buik en borsten) is het pauselijk lichaam, d.w.z. kardinalen, bisschoppen, monniken en studenten die zich prostitueren om te delen in het decadente leven van de curie.
- De vis-schubben op benen, armen, hals duiden werelds gezinde mensen aan (vorsten, machtigen en rijken) die de ‘paus aankleven’ en met hun bezit de pauselijke macht beschermen en vergroten. Dat er op de buik geen schubben zijn, duidt op de groep mensen die daaraan wel niet mee doen, maar zich daar ook niet tegen verzetten.
- De kop van een oude man op z’n achterste signaleert dat het pauselijke kerk oud is en de verdwijning nabij.
- De draak aan het eind van de staart duidt op de paus, die bullen und boeken uitspuwt – zoals een draak vuur spuwt – om de waarheid te bestrijden. Tevergeefs: de waarheid is aan het licht gebracht en kan niet meer ontkend worden.
(samenvattende vertaling, Dick Wursten, 25 september 2024)
- 1523, Deuttung der zwo grewlichen figuren Bapst esels zu Rom und munchkalbs zu Freyberg in Meyssen funden https://www.ustc.ac.uk/editions/635749